Een christelijk dorp in Syrië is op beestachtige wijze aangevallen. Bijna veertig inwoners, waaronder vrouwen en kinderen, zijn vermoord door de oppositietroepen. Dat maakte Barnabas Fund, een hulporganisatie voor vervolgde christenen, vorige week bekend. VN-waarnemers waarschuwen intussen voor de toenemende radicalisering van de rebellen.
Het dorp Dweir, gelegen aan de rand van Homs in de buurt van de grens met Libanon, werd op 27 mei aangevallen. Eén van de Syrische partners van Barnabas Fund vertelde dat twee van zijn familieleden uit Dweir ernstig gemarteld waren door de rebellen. De aanvallers braken hun botten, staken hun lichamen in brand en schoten hun daarna door hun hoofd. De dorpelingen die konden ontsnappen aan de slachting zijn naar het Raman district gevlucht, waar Barnabas Fund hen hulp biedt.
Na het bloedbad kwam het Syrische leger het dorp binnen, waarop zware gevechten met de rebellen volgden. De volgende dag waarschuwden onafhankelijke VN-waarnemers dat de oppositie tegen president Bashar al-Assad steeds radicaler wordt, en dat de burgeroorlog steeds ergere gruweldaden voortbrengt.
Engelen
Paulo Pinheiro, die met een team van 24 experts de misdaden vastlegt die tijdens het conflict gepleegd worden, zei: ‘Ze zeiden dat de rebellen engelen waren, maar er is slechts een kleine groep strijders die een democratische achtergrond heeft en gelooft in een Syrië voor iedereen. De meerderheid van de rebellen is zeer ver verwijderd van democratische gedachten en heeft andere ambities.’
Jubilee Campaign, Barnabas Fund en andere organisaties waarschuwen al enige tijd voor de islamitische agenda van een steeds groter deel van de oppositie. In april bevestigde de Iraakse tak van Al Qaida dat ze banden hebben met Al Nusra, één van de leidende rebellengroepen. Tegelijkertijd zwoor de leider van Al Nusra trouw aan Ayman al-Zawahiri, de voorman van Al Qaida.
Garanties
Ondanks deze alarmerende ontwikkelingen geven de Westerse mogendheden steeds meer steun aan de oppositie. Zij hebben enige tijd voorzien in niet-dodelijke hulp, maar nu gaan ze richting het leveren van wapens aan de rebellen. Groot-Brittannië en Frankrijk hebben er bij de EU op aangedrongen om de wapenembargo’s op te heffen, terwijl de Engelse minister van Buitenlandse Zaken William Hague volhield dat er ‘garanties’ zullen zijn die verzekeren dat wapens ‘alleen verstrekt worden aan de Syrische Nationale Coalitie voor het beschermen van burgers’.
Vorige maand keurde de Amerikaanse Commissie voor Buitenlandse Betrekkingen een maatregel goed die, als het Huis van Afgevaardigden erachter staat, leidt tot het bewapenen van de Syrische oppositie met zware wapens. Senator John McCain is één van de toonaangevende stemmen die de VS oproepen tot het bewapenen van de rebellen. Op vrijdag 31 mei zei hij, na een reis naar het door de oorlog verscheurde land, dat hij er ‘vertrouwen in heeft dat ze de wapens in de juiste handen kunnen krijgen’.
Terwijl hij geen commentaar gaf op de positie van Westerse regeringen, gaf Pinherio van de VN aan dat de zaak niet zo eenvoudig ligt: ‘Er is een zeer ingewikkeld verschil tussen de slechte en de goede rebellen.’
BRON: Jubilee Campaign
